Agapornissen
Agapornissen in de Apenhof
In de Apenhof zijn meerdere Agapornissen gehuisvest geweest. Agapornissen hebben veel tijd en aandacht nodig, wanneer ze dit niet krijgen kunnen ze gedragsproblemen vertonen. Ze zijn daardoor dus niet geschikt voor iedereen, ze hebben een ruim verblijf nodig waar ze kunnen klimmen en klauteren en ook hun dieet is erg belangrijk.
De Engelsen noemen de Agapornissen lovebirds, dit omdat Agapornissen er aanhankelijk zijn en hun hele leven een hechte band hebben met hun partner. De Duitsers noemen ze ‘die Unzertrennlichen’ en in het Frans ‘les inséparables’ (onafscheidelijken).
De Agapornissen behoren tot de wassnavel papegaaien (lonïni) en worden ook wel dwergpapegaaien genoemd. Agapornissen zijn te verdelen in negen soorten en deze soorten leven verspreid over Afrika. Deze negen soorten worden verdeeld in drie groepen, de seksueel dimorfismische groep (waarbij er uiterlijke verschillen zijn in het verenkleed tussen man en pop), de personata’s (met de witte oogring) en de roseicollis. De personata vrouwtjes slepen het nestmateriaal met hun snavel naar het nest en de roseicollis klemmen het nestmateriaal tussen de veren mee naar het nest.
De seksueel dimorfismische groep:
- Abessijnse agapornis (Agapornis taranta)
- Grijskop agapornis (Agapornis cana)
- Roodmasker agapornis (Agapornis pullaria)
Personata’s:
- Zwartmasker agapornis (Agapornis personata)
- Rozekop agapornis (Agapornis ficheri
- Zwartgezicht agapornis (Agapornis nigrigenu)
- Njassa agapornis (Agapornis lilianea)
Roseicollis:
- Perzikkop agapornis (Agapornis roseicollis)
- Abessijnse agapornis (Agapornis taranta)
- Grijskop agapornis (Agapornis cana)
- Roodmasker agapornis (Aganornis pullaria)
- Groenkop agapornis (Agapornis swinderniana)
Acht van deze negen soorten komen van het vaste land van Afrika, maar de Grijskop Agapornis komt oorspronkelijk uit Madagaskar. De leefomgeving van de Agapornissen is per soort verschillend, ze blijven altijd in de nabijheid van water. Sommige soorten leven in open bos, andere soorten leven in dichte regenwouden of bij de oevers van de rivieren en sommige soorten leven in droge, bergachtige gebieden. Agapornissen leven soortgelijks in kleine groepen bij elkaar. Ze eten hoofdzakelijk fruit, groente, sommige grassoorten, zaden, bessen, bladknoppen en soms ook met insecten. De Abesijnse Agapornis eet ook graag vijgen.
Agapornissen behoren tot de dwergpapegaaien en zijn hiermee de kleinste papegaaiensoort ter wereld. Agapornissen zijn ongeveer dertien tot zeventien centimeter groot en hun gewicht bedraagt tussen de veertig en zestig gram. Agapornissen zijn goed te herkennen aan hun kleine stompe staart. Hun snavel is tot in verhouding met de rest van hun lichaam relatief groot. De Agapornisen kan ongeveer tien tot vijftien jaar oud worden. De Agapornissen zijn bij een leeftijd van negen maanden geslachtsrijp en ze leggen per keer drie tot zeven eieren.
Agapornissen worden per twee gehuisvest of alleen, het heeft beide voor- en nadelen. Wanneer er gekozen wordt voor één agapornis, bijvoorbeeld om hem tam te maken, betekend dit dat de agapornis naar één persoon toetrekt. Een Agapornis is monogaam en kiest zijn partner voor het leven. Dit kan voor een hechte band zorgen, maar de Agapornis heeft dan wel voldoende aandacht nodig. De Agapornis heeft een harde schrille stem die al van ver te horen is, dit kan voor overlast zorgen tijdens het bellen, bezoek of voor de buren. Doordat mensen te weinig aandacht geven aan hun Agapornis, waardoor hij gedragsproblemen veroorzaakt, komen deze dwergpapegaaien in de Apenhof. Het kost tijd, energie, kennis en liefde om deze dwergpapegaai te houden.
Jeanette Speksnijder.